Moderne architectuur en natuurbeleving.
Plaats Rieselfeldallee, 79111 Freiburg
Opdrachtgever W+F Grundstücksgesellschaft mbH en Bauherrengemeinschaft Freiburg
Architect Wolfgang Siegel, dipl.-ing. Freier Architekt, BDA Freiburg
Uitvoerend schildersbedrijf Dieter Kaupp GmbH Schramberg
Het gebouw tekent de bijna cirkelvormige perceelgrens na met een verhoogd plintgebouw. Daarboven verrijst een rechtlijnige toren die zich op de bovenste verdiepingen trapsgewijs terugtrekt. Zo ontstaat een driedeling in het gebouw die zich inhoudelijk voortzet in de lay-out: handel, appartementen en lofts worden samengebracht onder één dak. De benedenverdieping onder de toren doet dienst als ingang, commerciële ruimte en parkeergelegenheid. Daarboven zijn rond een centrale kolom appartementen ingericht met twee slaapkamers. Het uitzicht op de balkons, die rondom de appartementen lopen, doet de blik van de bewoners via de tramsporen tot in het groen afdwalen. Aan de straatkant bevinden zich kantoorruimtes die indien nodig tot gemeenschappelijke ruimtes kunnen worden omgevormd. Zo kan een etage met zijn negen wooneenheden makkelijk worden omgevormd, bijv. tot flats voor begeleid wonen voor ouderen.
Architect Wolfgang Siegel legt uit: “Onze maatschappij wordt alsmaar individueler. Ook toekomstige woningen moeten daarmee rekening houden.” Op de bovenste verdieping van de toren ontwierp de architect ruimte lofts en maisonnettes met brede dakterrassen die de woonruimtes koppelen aan het landschap. Net als Le Corbusiers “Unité d'Habitation” komen in de Tramturm verschillende functies, appartementstypes en landschapsruimtes samen.
En zo wordt ook hier, net als bij Le Corbusiers “Rue Intérieure”, de ingang opgevat als communicatieve straat van een “stad” en met kleur geaccentueerd. Naast de donkere leisteen in de vloer, de rubberen elementen op de trappen en de balustrades uit donker staal, worden bepaalde wanden in roestrood, appelgroen of azuurblauw geschilderd. De kleuren identificeren elke verdieping en benadrukken zo de ruggengraat van het gebouw: de toegangskolom.
In de appartementen en aan de gevel koos de architect daarentegen voor subtiele, materiaaleigen kleuren, waarmee ook de contrastrijke architecturale samenhang van het gebouw wordt benadrukt, net als de veelzijdigheid van de gevel en de algehele vorm: hier een grijze wand uit sierbeton, daar een witte pleistermuur, zonnepanelen uit aluminium, gekalkte eiken vloeren, leisteentegels, donkere vensterprofielen, en aan de ingang een bijna 30 m² groot gietijzeren reliëf van de kunstenaar Frieder Heinze.
Ook voor wie uit het raam kijkt schitteren de groots opgevatte contrasten: een breed lavendelbed op het dak van het plintgebouw strijdt met het groene bergsilhouet in de verte om de aandacht van de toeschouwer – net een ingelijst olieverfschilderij.