Terug naar boven

Steenimitatietechniek Antiekmarmertechniek 5c02

Met deze techniek, waarbij de historische stucmarmertechniek met moderne materialen wordt nagebootst, worden de oppervlakken duidelijk rijker aan accenten dan bij de gladmarmertechniek 5c01. De techniek wordt uitgevoerd door gekleurde dispersieverf in accentkleuren in te werken in de natte Latexplastik en in het oppervlak te modelleren. Het resultaat na droging is een genuanceerd, fijn reliëfachtig, dynamisch oppervlak.

Stap 1

De gladde ondergrond is al afgewerkt met een matte dispersieverf. Met krijt of potlood kan het verloop van de aderen worden voorgetekend. Met een spuitzak wordt er witte dispersieplamuur opgebracht.

Stap 2

In de natte laag pasteuze dispersieverf worden er met Olieverfkwasten 1239 twee in elkaar overlopende kleuraccenten ingewerkt Omdat hier nat-in-nat wordt gewerkt, vindt de bewerking plaats per deelvlak, waarbij de begrenzing van de deelvlakken wordt gevormd door de aderen.

Stap 3

Om scheuren, poriën en oneffenheden in het gedroogde oppervlak weg te werken, wordt er met een Schilderskwast, plat 1209 een dikvloeibare laag verf aangebracht.

Stap 4

Door tussendoor het gehele oppervlak te schuren met schuurpapier met korrelgrootte 120 worden grove oneffenheden verwijderd. Het oppervlak blijft echter licht geprofileerd. De aderen worden hierdoor weer duidelijker zichtbaar.

Stap 5

Nu wordt het oppervlak met de vlekplamuurmethode geëgaliseerd. Hiervoor wordt er met het Dubbel plamuurmes 1289 een dunne laag pasteuze dispersieverf opgebracht.

Stap 6

Na droging grove oneffenheden met een rotatie- en excenterschuurmachine zorgvuldig verwijderen. Daarna met de hand in kleine cirkelende bewegingen met fijn schuurpapier opschuren. Door het opbrengen van Creativ Decowas 49 kan de kleur worden geïntensiveerd en de dieptewerking worden versterkt.